2 maart


V. Huwelijk, echtscheiding en seksuele relaties.

A. Huwelijk.

De moderne ideeën over gepaste huwelijksrelaties zijn niet noodzakelijkerwijs een weerspiegeling van de gebruiken en de wetten van de Israëlieten. Het opmerkelijkst is wel de stilzwijgende toestemming voor polygamie in deze oude wet. In de volgende eeuwen zullen de meeste samenlevingen, zowel religieus als seculier, deze praktijk in het algemeen afkeuren.
Er wordt in de Wetten van Mozes niets gezegd over mogelijke vereisten voor het huwelijk of over mogelijke vereiste formaliteiten. Er wordt aangenomen dat de huwelijksrelatie niet alleen permanent van aard is, maar ook noodzakelijk is voor de verwerving van bepaalde rechten en voor de legitimiteit van seksuele relaties (en het voortbrengen van nageslacht uit deze relaties). Alleen de volgende bijzondere wetten over het huwelijk worden gegeven.

Deut. 21:10-14
EEN GEVANGEN VROUW HUWEN. "Als u oorlog voert en de HERE, uw God, geeft de vijand aan u over en u ziet onder de gevangenen een mooie vrouw, die u wel als vrouw zou willen hebben, neem haar dan mee naar huis. Daar moet zij haar hoofdhaar afscheren, haar nagels knippen en andere kleren aantrekken. De kleren die zij aanhad toen zij gevangen werd genomen, moet zij uittrekken. Een volle maand zal zij daarna in uw huis rouwen om haar vader en moeder. Daarna mag u met haar slapen, zodat zij uw vrouw wordt. Als zij u echter niet bevalt, moet u haar vrijlaten; u mag haar niet behandelen of verkopen als een slaaf, want u hebt haar vernederd."

Deut. 24:5
VRIJHEID IN EERSTE JAAR. "Een pasgetrouwd man mag niet meteen in het leger worden ingelijfd, noch met speciale verantwoordelijkheden worden belast; een jaar lang moet hij rustig thuis kunnen blijven, gelukkig met zijn vrouw."

Deut. 22:13-21
ALS MAAGDELIJKHEID BETWIJFELD WORDT. "Als een man met een meisje trouwt en (na met haar te hebben geslapen) haar een slechte naam bezorgt door haar te beschuldigen van eerder sexueel contact met een man, door te zeggen: 'Zij was geen maagd toen ik met haar trouwde', zullen haar ouders het bewijs van haar maagdelijkheid bij de stadsrechters brengen. Haar vader zal tegen hen zeggen: 'Ik gaf mijn dochter als vrouw aan deze man en omdat hij haar haat, brengt hij haar nu in opspraak. Hij beschuldigt haar van schaamteloze dingen. Hij zegt dat zij geen maagd was toen zij met hem trouwde. Maar hier is het bewijs dat zij dat wel was.' Zij zullen het kleed dan voor de leiders van de stad uitspreiden. Daarop zullen de rechters de man laten geselen en hem veroordelen tot een boete van 550 gram zilver, die hij aan de vader van het meisje moet betalen omdat hij een maagd uit het volk van Israël vals heeft beschuldigd. Zij zal zijn vrouw blijven en hij mag nooit van haar scheiden.
Maar als de beschuldigingen van de man terecht waren en zij inderdaad geen maagd was, moeten de mannen van de stad haar naar de deur van haar vaders huis brengen en haar daar stenigen. Zij is immers schuldig aan een schandelijke daad in Israël door in het huis van haar vader gemeenschap met een man te hebben gehad. Een dergelijk kwaad moet uit uw midden worden verwijderd."

B. Echtscheiding.

Hoewel schriftgeleerden al lang debatteren over de vraag of de Wetten van Mozes een echtscheiding om welke reden dan ook toestaan, wordt de Israëlieten in tegenstelling tot andere naties tenminste geleerd dat een ontbonden huwelijk zeer serieus en onomkeerbaar is. Latere Schriftteksten geven aan dat de mogelijke wettelijke versoepeling in de Wet van Mozes op het gebied van echtscheiding niets meer zou kunnen zijn dan een concessie van God voor deze bepaalde periode in de geschiedenis.

Deut. 24:1-4
ONOMKEERBAARHEID VAN SCHEIDING. "Als een vrouw haar man totaal niet bevalt en er is volgens hem iets schandelijks op haar aan te merken, mag hij een brief schrijven waarin hij verklaart dat hij van haar scheidt; hij geeft haar die brief en mag haar dan wegsturen. Als zij vervolgens hertrouwt en haar tweede man ook van haar scheidt of sterft, mag haar eerste man niet opnieuw met haar trouwen, want zij is onrein geworden; dit is een gruwelijk iets in Gods ogen en het zou schuld brengen over het land dat de HERE, uw God, u geeft."

C. Seksuele schendingen.

1. Inleiding

Lev. 18:1-5
CONTRAST MET HEIDENEN. "De HERE gaf Mozes toen opdracht het volgende aan het volk Israël door te geven: Ik ben de HERE, uw God, handel daarom niet als het volk van Egypte, waar u zo lang hebt gewoond of als het volk van Kanaän, waarheen Ik u ga brengen. Gehoorzaam alleen mijn wetten en voer deze nauwgezet uit, want Ik ben de HERE, uw God. Als u ze gehoorzaamt, zult u leven. Ik ben de HERE."

2. Overspel

De essentie van de huwelijksrelatie is het idee dat beide partners trouw zijn aan hun toewijdingsgeloftes. Trouw is zowel in het huwelijk als in de relatie tussen het volk en God erg belangrijk. Hun ontrouw aan God wordt als geestelijk overspel beschouwd. Het verbreken van de huwelijksbelofte door het aangaan van seksuele relaties met iemand anders dan de eigen partner is zó ernstig dat het door één van de belangrijkste tien geboden wordt verboden.

Deut. 5:18
OVERSPEL VERBODEN. "U mag geen overspel plegen."

Lev. 18:20
WET TEGEN OVERSPEL. "En met de vrouw van uw naaste mag u geen geslachtsgemeenschap hebben, anders zult u zichzelf verontreinigen."

Lev. 20:10, Deut. 22:22
STRAF VOOR OVERSPEL. "Als een man wordt betrapt op overspel met een getrouwde vrouw, moeten hij en de vrouw worden gedood; op die manier zal het kwaad uit Israël worden verwijderd."

Deut. 22:23,24
OVERSPEL MET EEN VERLOOFD IEMAND. "Als een verloofd meisje binnen de muren van een stad door een man wordt verleid en zij gaat met hem naar bed, moeten zij en de man die haar heeft verleid buiten de stadsmuren worden gestenigd; het meisje omdat zij niet om hulp heeft geschreeuwd en de man omdat hij de maagdelijkheid van iemands verloofde heeft geschonden. Zo zult u het kwaad uit uw midden verwijderen."

Lev. 19:20-22
WANNEER VERLOOFDE EEN SLAAF IS. "Als een man een slavin verleidt, die aan een andere man als vrouw is gegeven, hoewel zij niet is vrijgekocht, moeten zij beiden door de rechter worden gestraft. Maar zij zullen niet worden gedood, want zij is niet vrij. De betrokken man zal een ram als zijn schuldoffer voor de HERE brengen bij de ingang van de tabernakel. De priester zal met de ram verzoening doen voor de begane zonde en het zal de zondaar worden vergeven."

Num. 5:11-31
PROEF VOOR OVERSPEL. De HERE zei tegen Mozes: "Zeg tegen het volk Israël dat als een getrouwde vrouw overspel pleegt, maar er geen bewijs van dat overspel is, omdat er geen getuige van bestaat en haar man jaloers en achterdochtig is, hij haar bij de priester brengt met een offer voor haar van 2,2 liter gerstemeel, zonder olie of wierook erdoor, want het is een spijsoffer van jaloersheid. Dit offer dient om de waarheid aan het licht te brengen of zij wel of niet schuldig is.'
De priester zal haar voor de HERE brengen, heilig water in een stenen vat doen en dat vermengen met stof van de vloer van de tabernakel. Hij zal haar haren losmaken en haar het spijsoffer van de jaloersheid in de handen geven om te bepalen of de vermoedens van haar man juist zijn. De priester zal voor haar gaan staan met het vat met bitter water, dat een vloek brengt. Hij zal van haar eisen dat zij verklaart onschuldig te zijn en dan zal hij tegen haar zeggen: 'Als geen andere man met u heeft geslapen dan uw eigen man, blijf dan vrij van de gevolgen van dit bittere water, dat de vloek brengt. Maar als u overspel hebt gepleegd, zal de HERE u tot een vloek onder uw volksgenoten maken, want Hij zal uw heup laten wegrotten en uw buik laten opzwellen.'
En de vrouw zal daarop antwoorden: 'Ja, laat het zo zijn.'
Dan zal de priester deze vervloekingen in een boek schrijven en ze afwassen in het bittere water. Als hij de vrouw het water laat drinken, wordt het bitter in haar lichaam (als zij schuldig is). Dan zal de priester haar het spijsoffer van de jaloersheid uit handen nemen, het voor de HERE op en neer bewegen en het naar het altaar dragen. Hij zal er een handvol van nemen (een deel voor het geheel) dat op het altaar verbranden en daarna de vrouw van het water laten drinken. Als zij is verontreinigd, doordat zij overspel heeft gepleegd, zal het water in haar lichaam bitter worden, haar buik zal opzwellen en haar heup zal wegrotten. Zij zal een vloek onder haar volk zijn. Maar als zij rein is en geen overspel heeft gepleegd, zal zij ongedeerd blijven en zwanger kunnen worden.
Dit is de wet voor ontrouwe vrouwen (of de verdenkingen van een man tegenover zijn vrouw) om te bepalen of zij inderdaad ontrouw is geweest. Hij zal haar voor de HERE brengen en de priester zal volgens deze wet handelen. Haar man zal niet verantwoordelijk worden gesteld voor haar zonde, want zij alleen is schuldig."

3. Ontucht

Seksuele relaties tussen ongehuwde mensen kunnen negatieve gevolgen hebben. Zoals eerder werd opgemerkt kan het verlies van haar maagdelijkheid reden zijn om een vrouw ten tijde van het huwelijk te straffen (zie Deut. 22:13-21).

4. Prostitutie

Het verbieden van seksuele gemeenschap in ruil voor geld heeft niet alleen betrekking op de seksuele activiteit zelf, maar ook op de verboden betrokkenheid bij heidense cultusvereringen, waarin prostitutie door zowel mannen als vrouwen heel gewoon is.

Lev. 19:29
HET KWAAD VAN PROSTITUTIE. "Ontheilig uw dochter niet door haar te laten prostitueren, anders zal het land worden vervuld met schanddaden."

Deut. 23:17,18,20
GEEN CULTUSPROSTITUTIE. "Prostituées zijn niet toegestaan in Israël, mannelijke noch vrouwelijke. U mag de HERE, uw God, geen offer brengen van de verdiensten van een prostituée of een schandknaap, want beiden zijn gruwelijk in de ogen van de HERE, uw God. Van een buitenlander mag u wel rente vragen, maar niet van een Israëliet. Want als u rente vraagt van een broeder, zal de HERE, uw God, u niet zegenen bij alles wat u doet, wanneer u in het beloofde land aankomt."

5. Incest

Seksuele relaties tussen familieleden en andere aanverwanten is verboden. Dit is dus het formele einde van het vroege menselijke tijdperk waarin huwelijken tussen extreem nauwe verwanten plaatsvonden. Er wordt aangenomen dat het doel hiervan een snellere verspreiding van de menselijke familie was.

Lev. 18:6-8, Deut. 22:30
OUDERS. "Niemand van u mag geslachtsgemeenschap hebben met een bloedverwant, want Ik ben de HERE. Een zoon mag met zijn moeder geen geslachtsgemeenschap hebben, want daardoor wordt zijn vader onteerd, noch met één van zijn vaders andere vrouwen."

Lev. 20:11
STRAF. "Als een man gemeenschap heeft met de vrouw van zijn vader, heeft hij iets wat zijn vader toebehoort, ontheiligd; de man en de vrouw moeten allebei sterven, want het is hun eigen schuld."

Lev. 18:9
ZUSTER. "Ook niet met zijn zuster of halfzuster, ongeacht of zij een dochter van de vader of de moeder is en in hetzelfde huis of elders is geboren."

Lev. 18:11
HALFZUS. "U mag geen geslachtsgemeenschap hebben met een halfzuster."

Lev. 20:17
STRAF. "Als een man geslachtsgemeenschap heeft met zijn zuster, ongeacht of het de dochter van zijn vader of van zijn moeder is, is dat een schaamteloze zonde. Zij moeten in het openbaar uit het volk Israël worden verstoten. Hij zal boeten voor zijn schuld."

Lev. 18:10
KLEINDOCHTER. "U mag geen geslachtsgemeenschap hebben met uw kleindochter, want zij is een naaste bloedverwant."

Lev. 18:12-14
OOM OF TANTE. "Ook niet met uw vaders zuster, want zij is een naaste bloedverwant van uw vader; ook niet met uw tante van moederszijde, want zij is een naaste bloedverwant van uw moeder; ook niet met uw tante, de vrouw van uw vaders broer."

Lev. 20:19,20
STRAF. "Geslachtsgemeenschap tussen een man en zijn tante is onwettig (ongeacht of het de zuster van zijn vader of van zijn moeder is) want zij zijn naaste bloedverwanten; zij zullen beiden boeten voor hun schuld. Als een man geslachtsgemeenschap heeft met de vrouw van zijn oom, heeft hij genomen wat zijn oom toebehoorde, want zij is zijn tante; als straf zullen zij boeten voor hun zonden en kinderloos sterven."

Lev. 18:15
SCHOONDOCHTER. "U mag geen geslachtsgemeenschap hebben met uw schoondochter."

Lev. 20:12
STRAF. "Als een man geslachtsgemeenschap heeft met zijn schoondochter, moeten beiden ter dood worden gebracht; zij hebben die straf zelf over zich gehaald door elkaar te verontreinigen."

Lev. 18:16
SCHOONZUS. "Evenmin met de vrouw van uw broer, want daardoor wordt uw broer onteerd."

Lev. 20:21
STRAF. "Als een man met de vrouw van zijn broer geslachtsgemeenschap heeft, is dat bloedschande; hij heeft genomen wat aan zijn broer toebehoorde. Zij zullen kinderloos blijven."

Lev. 18:17
MOEDER EN DOCHTER. "U mag geen geslachtsgemeenschap hebben met een moeder én haar dochter of kleindochter, want zij zijn naaste bloedverwanten. Zoiets doen, betekent bloedschande en dat is een vreselijke zonde."

Lev. 20:14
STRAF. "Als een man geslachtsgemeenschap heeft met een vrouw én met haar moeder, is dat een groot kwaad. Zij moeten alle drie levend worden verbrand om deze verdorvenheid onder u uit te wissen."

Lev. 18:18
TWEE ZUSSEN. "U mag niet de zuster van uw vrouw als tweede vrouw nemen. Het zou onverdraaglijk voor haar zijn als u geslachtsgemeenschap met haar zuster zou hebben."

6. Schendingen met betrekking tot onreinheid

Omdat een vrouw tijdens haar menstruatie als ceremonieel onrein wordt beschouwd, is seksuele gemeenschap in die periode verboden.

Lev. 18:19
GESLACHTSGEMEENSCHAP TIJDENS MENSTRUATIE. "U mag geen geslachtsgemeenschap hebben met een vrouw die ongesteld is."

Lev. 20:18
STRAF. "Als een man geslachtsgemeenschap heeft met een vrouw die ongesteld is, moeten beiden uit het volk worden verbannen, want hij heeft haar onreinheid onthuld."

7. Homoseksuele praktijken

Lev. 18:22
HOMOSEKSUEEL GEDRAG VERBODEN. "Homosexualiteit is streng verboden, het is een gruwelijke zonde in de ogen van de HERE."

Lev. 20:13
STRAF. "De straf op homosexuele omgang is de dood voor beide partijen. Zij hebben het oordeel zelf over zich gebracht."

8. Bestialiteit

Lev. 18:23
BESTIALITEIT VERBODEN. "Een man zal geen sexuele gemeenschap hebben met een vrouwelijk dier, want daarmee verontreinigt hij zich. Een vrouw mag nooit gemeenschap hebben met een mannelijk dier; dat is een schandelijke perversiteit."

Ex. 22:19, Lev. 20:15,16
STRAF. "Als een man gemeenschap heeft met een dier, moet hij worden gedood en het dier moet worden afgemaakt. Als een vrouw gemeenschap heeft met een dier, dood dan de vrouw en het dier, want zij verdienen hun straf."

9. Afsluitende woorden

Lev. 18:24-30, 20:22,23
WAARSCHUWING TEGEN SEKSUELE ZONDEN. "Verontreinig u niet op één van deze manieren, zoals de heidense volken gewend zijn. Want omdat zij dit doen, zal Ik hen verdrijven uit het land waarheen u op weg bent. Dat hele land is verontreinigd door dergelijk gedrag. Daarom zal Ik de bewoners van dat land straffen en hen uit het land verjagen. U moet al mijn wetten en voorschriften gehoorzamen en naleven en deze gruwelijke zonden nalaten. Deze wetten gelden zowel voor geboren Israëlieten als voor buitenlanders die bij u wonen. Ja, het volk van het land waarheen Ik u breng, heeft doorlopend dergelijke wandaden bedreven; het land is er door verontreinigd. Doe deze zonden niet, anders zal Ik u het land uitdrijven, net zoals Ik nu zal doen met de volken die daar wonen.
Hij, die één van deze wandaden bedrijft, zal uit het volk worden verstoten. Neem mijn wetten dus goed in acht en neem niet één van deze vreselijke gewoonten over. Verontreinig uzelf niet met de wandaden van hen die wonen in het land waarheen u op weg bent. Want Ik ben de HERE, uw God."

Lev. 20:24
AFGEZONDERD VAN ANDERE VOLKEN. "Ik heb u hun land beloofd: Ik zal het u als bezit geven. Het is een land dat overvloeit van melk en honing. Ik ben de HERE, uw God, Die onderscheid heeft gemaakt tussen u en andere volken."

D. Scheiding van de geslachten.

Deut. 22:5
KLEDING VAN HET ANDERE GESLACHT. "Een vrouw mag geen mannenkleren dragen en een man geen vrouwenkleren. Dat is iets gruwelijks in de ogen van de HERE, uw God."

Download (Het Boek)
Download (Statenvertaling)

De chronologische Bijbel -- maart



Met dank aan Biblica en Harvest House Publishers. Nadruk en reproductie verboden.
Voor meer details, lees alsjeblieft onze copyrightvoorwaarden



WAT DENK JIJ? - Wij hebben allemaal gezondigd en verdienen allemaal Gods oordeel. God, de Vader, stuurde Zijn eniggeboren Zoon om dat oordeel op Zich te nemen voor iedereen die in Hem gelooft. Jezus, de Schepper en eeuwige Zoon van God, die Zelf een zondeloos leven leidde, hield zo veel van ons dat Hij voor onze zonden stierf om zo de straf op Zich te nemen die wij verdienen. Volgens de Bijbel werd Hij begraven en stond Hij op uit de dood. Als jij dit werkelijk gelooft, er in je hart op vertrouwt en alleen Jezus als je Redder aanvaardt door te zeggen: "Jezus is Heer", dan zul je van het oordeel gered worden en de eeuwigheid met God in de hemel doorbrengen.

Wat is jouw antwoord?

Ja, vandaag heb ik besloten om Jezus te volgen

Ja, ik ben al een volgeling van Jezus

Ik heb nog steeds vragen