20 december


De brief van Jakobus

Ondanks het grote belang van Paulus' bediening en de nadruk die in het historische verslag wordt gelegd op zijn werk, zijn er andere leiders wier werk niet over het hoofd mag worden gezien. Ten minste vier van deze leiders zijn schrijvers van boeken die als onderdeel van het Nieuwe Testament zijn behouden. Men gelooft dat twee van die schrijvers, Jakobus en Judas, broers van Jezus zijn. In de Evangelieverslagen vinden we aanwijzingen dat de broers van Jezus Zijn Godheid en Zijn Heerschap oorspronkelijk afwezen, maar later zien we in het historische verslag dat deze broers na de hemelvaart van Jezus deel uitmaken van de groep discipelen in Jeruzalem.
Naast de twee apostelen die “Jakobus” heten (waarvan de ene de zoon is van Zebedeüs en de andere de zoon van Alfeüs), is er nog een andere Jakobus die voor de kerk van groot belang is. In zijn brief aan de Galaten zegt Paulus dat deze Jakobus “de broer van onze Here” en een leider in de gemeente te Jeruzalem is. Het is daarom niet verbazingwekkend dat deze Jakobus de schrijver zou zijn van één van de door God ingegeven brieven.
Als de traditionele datum van het overlijden van Jakobus correct is, dan moet deze brief vóór het jaar 62 na Christus zijn geschreven. De precieze datum staat niet vast, maar het kan zelfs al tussen 50 en 60 na Christus zijn geweest. De brief is gericht aan “de twaalf stammen die over de hele wereld verspreid zijn”: een naam voor de Joden na de ballingschap en impliciet voor alle Christenen over de hele wereld. De brief is waarschijnlijk bedoeld voor algemene circulatie onder de verstrooide gemeenten van Christus. In tegenstelling tot Paulus gaat Jakobus niet diep in op doctrinaire zaken en geeft hij ook geen commentaar op specifieke problemen binnen bepaalde gemeenten van gelovigen. In plaats daarvan concentreert hij zich op de crisis van de vervolging waar alle gemeenten in deze tijd mee te maken hebben.
Nadat hij de aard van verleidingen bespreekt, schrijft Jakobus uitgebreid over de behoefte aan een consequente overeenstemming tussen geloof en gedrag. Binnen de context lijkt Jakobus te zeggen dat alleen mensen die een waar geloof aan de dag leggen bestand zijn tegen het lijden dat zij in deze periode moeten ondergaan en dat geloof kan worden afgemeten aan gedrag. Het is ook mogelijk dat Jakobus de gelovigen aanspoort om hun gedrag consequent te laten overeenstemmen met hun geloof omdat dit een bron van kracht is tegen verleidingen. Jakobus sluit zijn brief af met diverse aansporingen voor de heiligen die te lijden hebben. Ondanks het onmiddellijke belang van de brief van Jakobus in deze periode van algehele vervolging, bevat de brief ook waardevol advies voor elke Christen in alle tijden.

Jak. 1:1
GROET. Van: Jakobus, een dienaar van God en van de Here Jezus Christus.

Aan: De Joodse christenen die over de hele wereld verstrooid zijn.

Voorbereiding op onderdrukking

Jak. 1:2-4
BEPROEVINGEN BEVORDEREN ONTWIKKELING. Beste broeders, is uw leven vol moeilijkheden en verleidingen? Wees dan maar blij; want als de weg ruw is, kan uw geduld groeien. Laat uw geduld dus toenemen en probeer niet de problemen te ontlopen. Als uw geduld volgroeid is, zult u alles aankunnen en een sterk en zuiver karakter hebben.

Jak. 1:5-8
VRAAG OM WIJSHEID. Als u wilt weten wat God van u verwacht, vraag het Hem en Hij zal het u graag vertellen. Want Hij staat altijd klaar om ieder die Hem daarom vraagt, voldoende wijsheid te geven; Hij zal het u niet kwalijk nemen. Maar als u Hem erom vraagt, moet u ook verwachten dat Hij het zal geven. Iemand die twijfelt, lijkt op een golf van de zee, die door de wind heen en weer gejaagd wordt. Zo iemand moet niet denken dat de Here hem iets zal geven, als hij twijfelachtig is en onzeker in zijn optreden.

Jak. 1:9-11
RIJKDOMMEN ZULLEN VERGAAN. Een christen die in de wereld onbetekenend is, mag blij zijn omdat hij in Gods ogen groot is. Maar een rijke christen mag blij zijn als hij beseft dat zijn rijkdom voor God niets betekent. Rijkdom gaat voorbij. Net als een mooie veldbloem die door de brandende zon en de hete wind verwelkt. Het zal niet lang meer duren of de rijke sterft en moet zijn bezittingen achterlaten.

Jak. 1:12-15
VERLEIDINGEN KOMEN VAN BINNENUIT. Gelukkig is hij die telkens verleidingen weerstaat en niet doet wat verkeerd is, want later zal hij als beloning de kroon krijgen, die God beloofd heeft aan wie Hem liefhebben: Het eeuwige leven.
Maar als u moeite hebt om de zonde het hoofd te bieden, moet u niet zeggen dat God u in de verleiding brengt. God heeft nooit de neiging iets slechts te doen en Hij brengt niemand in verleiding. Het zijn uw eigen slechte verlangens die u in verleiding brengen. Die slechte verlangens brengen u tot slechte daden; en de straf die u daar tenslotte voor krijgt, is de dood.

Jak. 1:16-18
GOEDHEID KOMT VAN GOD. Broeders, verlaat dus nooit de weg van God. Alles wat goed en volmaakt is, wordt ons door God gegeven; Hij is de bron van alle licht. Hij is een en al licht en verandert nooit. Hij heeft ons, volgens Zijn plan, nieuw leven gegeven door ons de waarheid bekend te maken. Zo zijn wij als het ware de eerste kinderen van Zijn gezin geworden.

Consequente overeenstemming tussen geloof en gedrag

Jak. 1:19-21
HET WOORD BRENGT RECHTSCHAPENHEID VOORT. Beste broeders, vergeet niet dat het goed is om veel te luisteren, weinig te zeggen en niet snel kwaad te worden; want door kwaad te worden, kunnen wij Gods doel niet bereiken. Reken dus voorgoed af met alles in uw leven wat vuil is of wat maar de schijn heeft slecht te zijn. Wees dankbaar voor het geweldige nieuws dat wij ontvangen hebben, want daardoor kan onze ziel gered worden.

Jak. 1:22-25
KENNIS IS NIET GENOEG. Maar naar dat nieuws moet u niet alleen luisteren, u moet er ook naar handelen. Misleid uzelf niet. Want als u alleen maar luistert en niets doet, lijkt u op iemand die in de spiegel heeft gekeken en meteen daarna weer vergeten is hoe hij er uitziet. Maar als u blijft kijken naar Gods wet voor vrije mensen, zult u die niet alleen goed onthouden, maar er ook naar leven en God zal u zegenen in alles wat u doet.

Jak. 1:26,27
WARE GODSDIENST. Als u zegt een christen te zijn, maar uw tong niet in bedwang houdt, maakt u zichzelf iets wijs. Uw godsdienst heeft niets te betekenen. De christen die zuiver is en op wie God onze Vader niets heeft aan te merken, zal wezen en weduwen bijstaan in hun nood. Hoe slecht en vuil de wereld ook is, hij zal zuiver blijven.

Jak. 2:1-7
VOORINGENOMENHEID KOMT NIET UIT GELOOF VOORT. Broeders, als u bij de Here Jezus Christus hoort (bij Hem, Die alle macht en majesteit heeft) maak dan geen onderscheid tussen rijk en arm. Stel u voor dat u bij elkaar bent en er komt iemand binnen met dure kleren aan en gouden ringen aan zijn vingers, en u doet onderdanig en zegt: "Gaat u maar hier zitten, meneer. Dit is een goede plaats voor u." Maar aan de arme man, die gelijk met die ander binnenkomt, schenkt u nauwelijks aandacht. Als u dan tegen hem zou zeggen: "Blijf daar maar staan, of ga ergens op de grond zitten." Dan zou u mensen op hun uiterlijk beoordelen. U zou zich laten leiden door verkeerde maatstaven.
Luister naar mij, broeders. God heeft de armen uitgekozen om rijk in het geloof te zijn. Het Koninkrijk van God is voor hen, want dat heeft God beloofd aan allen die Hem liefhebben. Hoe kunt u dan een arme man met minachting behandelen? Hebt u niet door dat het de rijken zijn die u slecht behandelen en voor het gerecht slepen? Juist zij spotten met Jezus Christus, Die voor ons zoveel betekent.

Jak. 2:8-13
ELKE OVERTREDING IS BELEDIGING VAN GOD. Het is goed om te doen wat de Here van u vraagt: "Houd net zoveel van uw medemens als van uzelf." Maar als de rijken bij u een streepje vóór hebben, overtreedt u de wet van God; dan zondigt u. Als iemand zich aan de hele wet van God houdt, maar die op één punt overtreedt, is hij in feite net zo schuldig als iemand die de hele wet heeft overtreden. Want God, Die gezegd heeft dat men geen gemeenschap mag hebben met een andere vrouw dan uw eigen, heeft ook gezegd dat u niet mag doden. Dus, als u de regel over het huwelijk niet hebt overtreden, maar wel iemand hebt vermoord, bent u toch schuldig aan het overtreden van Gods wet.
Spreek en handel dus volgens de onderwijzing van Jezus Christus, want daarnaar zult u geoordeeld worden. Wees u goed bewust van wat u doet en denkt! Als u geen medelijden met anderen hebt gehad, zal God ook geen medelijden met u hebben. Maar als u wel medelijden met anderen hebt gehad, zal Gods medelijden het winnen van Zijn oordeel.

Jak. 2:14-17
VERANDERD LEVEN BEWIJS VAN GELOOF. Broeders, wat voor zin heeft het te zeggen dat u christen bent als dat niet blijkt uit wat u voor anderen doet? Kunt u door zo'n geloof gered worden? Als uw vriend niet genoeg te eten krijgt en bijna geen kleren heeft en u zegt tegen hem: "Het beste ermee, hoor! Vat geen kou en zorg dat je niet verhongert", is dat toch zinloos als u hem niet geeft wat hij nodig heeft? Het is wel duidelijk dat geloof alleen niets te betekenen heeft. U moet het ook laten blijken uit wat u doet. Geloof dat niet uit daden blijkt, is geen geloof; het is dood en zinloos.

Jak. 2:18-20
GELOOF ZONDER DADEN. Iemand zou kunnen zeggen: "Och, het hangt er maar van af hoe je het bekijkt. De één legt de nadruk op het geloof, de ander op de daden."
Wel, als dat zo is, hoe kunt u mij dan uw geloof laten zien, als dat niet uit uw daden blijkt? Ik zal u mijn geloof laten zien uit wat ik doe. Durven sommigen van u nog te beweren dat 'geloven alleen' genoeg is? Gelooft u dat er maar één God is? Dat is goed, maar dat geloven de boze geesten ook; zij beven van angst voor Hem!
Dwazen! Wanneer zult u eens leren dat 'geloven' geen zin heeft als u niet tegelijk ook dóet wat God van u vraagt? Geloof dat niet met daden samengaat, is geen echt geloof.

Jak. 2:21-26
VOORBEELDEN VAN GEHOORZAAM GELOOF. Weet u niet meer dat God onze voorvader Abraham rechtvaardigde om wat hij deed? Hij gehoorzaamde, zelfs al hield dat in dat hij zijn eigen zoon op een altaar moest offeren. Ziet u wat ik bedoel? Hij geloofde God en deed precies wat God van hem vroeg. Zijn geloof werd pas écht geloof door wat hij deed. In de Boeken staat het zo: "Abraham geloofde God en daardoor beschouwde God hem als rechtvaardig. God noemde hem zelfs Zijn vriend." Hieruit blijkt dus dat een mens gered wordt door wat hij gelooft én door wat hij doet.
De hoer Rachab is hier ook een voorbeeld van. Zij werd gered, omdat zij de Joodse boodschappers thuis verstopte en veilig de stad uit wist te krijgen; dus door haar daden. Zoals een lichaam zonder geest dood is, zo is ook geloof zonder daden dood.

Jak. 3:1-5
DOE WAT JE PREDIKT. Broeders, denk niet dat u allemaal leraars bent, want een leraar wordt strenger beoordeeld, omdat zijn verantwoording groter is. Als iemand in staat is zijn tong in bedwang te houden, bewijst hij daarmee dat hij zichzelf in alle opzichten goed in de hand heeft.
Een paard gehoorzaamt door het bit dat het in de mond heeft; wij houden het paard daarmee in bedwang en kunnen het laten gaan waar wij willen. Met het roer dat toch maar een klein onderdeel van het schip is, kan de stuurman zijn grote schip sturen in de richting die hij wil, ook al staat er een sterke wind. Net als het bit van een paard en het roer van een schip, is ook de tong een klein ding, maar wat kan het veel kwaad doen! Eén vonkje is genoeg om een heel bos in brand te zetten.

Jak. 3:6-12
TAALGEBRUIK MOET REINHEID WEERSPIEGELEN. Zo is ook de tong een vuur. Zij zit vol venijn en vergiftigt elk deel van het lichaam. En de tong zelf wordt in vlam gezet door de hel. Zij zet het hele leven in brand, met als gevolg verwoesting en ellende.
De mensen kunnen allerlei dieren temmen, of het nu zoogdieren, vogels, reptielen of vissen zijn; en ze hébben dat ook gedaan. Maar geen mens heeft ooit de tong kunnen temmen. Zij kan elk ogenblik haar dodelijk vergif uitspuwen.
De ene keer prijst ze onze Here en Vader en de andere keer vervloekt zij mensen, die naar het beeld van God gemaakt zijn. Wij prijzen en vervloeken met dezelfde mond. Maar dat is niet goed, broeders! Er komt uit een en dezelfde bron toch ook niet afwisselend schoon en vuil water! En van een vijgeboom plukt u toch ook geen olijven of vijgen van een wijnstok? En uit een zoutwaterbron komt toch ook geen zoet water? Nou dan!

Jak. 3:13-18
WIJSHEID KOMT TOT UITING IN GOED LEVEN. Wie van u is wijs en verstandig? Dat kan alleen maar blijken uit iemands goede daden en liefdevolle wijsheid. Maar als u door jaloezie en ruzie vol wrok zit, kunt u zich nergens op beroemen; dan zou u de waarheid geweld aandoen. Want jaloezie en egoïsme lijken in de verste verte niet op Gods wijsheid; nee, zij zijn aards, ongeestelijk en duivels. Waar jaloezie en eerzucht zijn, vindt u ook wanorde en meer van dat kwaad.
Maar de wijsheid die van God komt, is bovenal zuiver. Zij is ook vreedzaam, vriendelijk en beleefd; zij is bereid te praten en anderen gelijk te geven; zij leeft intens met anderen mee en doet veel goed; zij spreekt rechtuit en is zeker en oprecht. Vredestichters zaaien vrede en zij oogsten goedheid en rechtvaardigheid.

Jak. 4:1-4
MATERIALISME BRENGT CONFLICTEN VOORT. Maar hoe komt het dan dat u altijd ruzie maakt en vecht? Omdat er slechte verlangens in u zijn, die u daartoe aanzetten. U verlangt naar iets wat u niet hebt; u bent tot moord geneigd en jaloers en dat levert u niets op. U bent strijdlustig en oorlogszuchtig. Maar de enige reden dat u niet hebt wat u wilt, is omdat u God er niet om vraagt. Of u bidt Hem er wel om, maar krijgt niets. Wel, dan hebt u het Hem op een verkeerde manier gevraagd. Als u Hem alleen iets voor uw eigen genoegen vraagt, geeft Hij het niet.
Bedriegers, weet u niet dat als u vriendschap met de wereld sluit, dit gelijk betekent dat u een vijand van God bent? Wie voor de wereld kiest, kiest God als zijn vijand.

Jak. 4:5-10
GODVREZENDHEID BRENGT VREUGDE VOORT. Er staat niet voor niets in de Boeken: "God wil de geest die Hij in ons liet wonen, helemaal voor Zich alleen hebben." Maar Hij geeft ons steeds meer kracht om die slechte verlangens de baas te worden. In de Boeken staat het zo:

  "God is genadig voor de nederige mensen,
  maar Hij verzet Zich tegen hoogmoedigen."

Onderwerp u dus aan God, maar verzet u tegen de duivel en hij zal van u wegvluchten. Als u dichter bij God komt, komt God dichter bij u. Was uw handen, zondaars, u die op twee gedachten hinkt; laat uw hart zuiver voor God zijn. Beklaag uzelf; huil en jammer van ellende. Het lachen moet u vergaan; uw blijdschap moet omslaan in verdriet. Als u beseft dat u klein bent voor de Here, zal Hij u verheffen.

Jak. 4:11,12
GEHOORZAMEN TEGENOVER VEROORDELEN. Spreek geen kwaad van elkaar, broeders, en veroordeel elkaar niet. Want als u dat doet, veroordeelt u de wet van God, die zegt dat wij elkaar moeten liefhebben. Het is niet aan u om uit te maken of die wet goed of slecht is. Wat u moet doen, is die wet gehoorzamen! De enige die mag oordelen, is degene die ons de wet heeft gegeven. Hij kan ons redden of ons verloren laten gaan. Met welk recht veroordeelt u dan uw medemens?

Aansporingen voor lijdende heiligen

Jak. 4:13-17
PERSPECTIEF EN PRIORITEITEN. Er zijn mensen onder u die zeggen: "Vandaag of morgen gaan we naar die en die stad om zaken te doen. Wij zullen er een jaar blijven en goed winst maken." Hoe weet u wat er morgen met u zal gebeuren? Uw leven lijkt op een damp, die er nu is en straks weer verdwijnt. U kunt beter zeggen: "Als de Here het wil, zullen wij leven en dit of dat doen." Maar de manier waarop u nu praat, getuigt van zelfingenomenheid. Dat is niet goed. Als u weet dat u iets moet doen maar het nalaat, zondigt u.

Jak. 5:1-6
OORDEEL OVER ONDERDRUKKERS. De rijke mensen onder u kunnen beter in huilen uitbarsten en jammeren over de ellende die hun te wachten staat. Uw rijkdom is weggerot en uw mooie kleren zijn door de mot aangevreten. Uw zilver en goud zijn waardeloos geworden. Omdat u het renteloos hebt laten liggen, zult u erdoor worden aangeklaagd; en u zult erdoor worden verteerd als door een vuur. Al die ellende hebt u zelf opgespaard voor de dag van het grote oordeel. Luister naar het geschreeuw van de landarbeiders die u niet hebt gegeven wat zij verdienden. De Oppermachtige Here heeft hun geschreeuw ook gehoord. U hebt op aarde veel plezier gehad; u hebt in grote weelde geleefd en uzelf vetgemest, zoals een dier wordt vetgemest voor de slacht. U hebt goede mensen, die zich niet tegen u konden verdedigen, veroordeeld en gedood.

Jak. 5:7-11
STANDVASTIGHEID TIJDENS BEPROEVINGEN. Broeders, wacht geduldig tot de Here terugkomt, zoals een boer tot de herfst wacht om zijn oogst binnen te halen. Wees dus geduldig en houd moed, want het duurt niet lang meer voordat de Here komt. Mopper niet over elkaar, broeders. Is op uzelf dan niets aan te merken? Ik wil u er nog eens op wijzen dat de Here eraan komt, opdat u hierom niet veroordeeld wordt.
Neem een voorbeeld aan de profeten, die namens de Here hebben gesproken. Als zij slecht behandeld werden, lieten zij het over hun kant gaan. Wij noemen hen gelukkig, omdat zij dwars door alles heen de Here trouw gebleven zijn. Denk maar eens aan Job, die het niet opgaf. U weet hoe het met hem afliep. Daaruit blijkt dat de Here liefdevol en goed is en vol medeleven Zijn hulp geeft.

Jak. 5:12
ONBEZONNEN GELOFTEN. Waar ik vooral de nadruk op wil leggen, broeders, is dat u niet mag zweren; niet bij de hemel, niet bij de aarde, bij niets! Als u 'ja' zegt, moet het 'ja' zijn; en als u 'nee' zegt, moet het 'nee' zijn. Anders bent u strafbaar voor God.

Jak. 5:13-18
BIDDEN TIJDENS BEPROEVINGEN. Als iemand van u het moeilijk heeft, laat hij dan bidden; als iemand opgewekt is, laat hij een lied voor God zingen. Als iemand ziek is, laat hij de voorgangers van de gemeente vragen bij hem te komen om met hem te bidden en hem namens de Here met olie te zalven. Als zij in geloof bidden, zal de zieke genezen worden; de Here zal hem gezond maken. En als hij gezondigd heeft, zal de Here het hem vergeven. Beken daarom uw zonden aan elkaar en bid voor elkaar, zodat u genezen wordt. Want als een goed en rechtvaardig mens God om iets bidt, heeft dat een geweldige uitwerking.
Elia was een gewoon mens, net als wij. Hij vroeg God of Hij geen regen meer op het land wilde laten vallen; en drie en een half jaar lang viel er geen druppel regen! Daarna vroeg hij God het weer te laten regenen en de regen viel in stromen naar beneden. Het land werd weer fris en groen.

Jak. 5:19,20
WEDERZIJDSE WAAKZAAMHEID. Broeders, als één van u niet langer met de Here leeft, moet u hem weer bij de Here terugbrengen. Als u iemand van de verkeerde weg terugbrengt, redt u hem van de dood en bedekt u al zijn zonden.

De brief van Judas

Judas noemt zichzelf een broer van Jakobus en net als de brief van Jakobus richt de brief van Judas zich tot een algemeen gehoor. Hij waarschuwt de gelovigen tegen valse leraren en moedigt hen aan om sterk in het geloof te blijven staan. Er wordt geschat dat de brief van Judas ergens tussen 60 en 80 na Christus geschreven werd. Er is weinig bekend over Judas en zijn werk, maar sommigen geloven dat hij tot tweemaal toe vermeld werd, niet alleen als broer van Jezus, maar ook als kerkleider en profeet in Jeruzalem. In zijn brief probeert Judas een wijd verbreide filosofie te bestrijden die ontkent dat lichamelijke zonden de ziel kunnen beïnvloeden; een filosofie die natuurlijk tot onbetamelijke immoraliteit heeft geleid. Om het potentiële gevaar van een dergelijke leer te benadrukken, gebruikt Judas teksten uit het Oude Testament en uit niet-Bijbelse boeken (zoals het boek van Henoch) om de lezers te herinneren aan Gods oordeel over de goddelozen.

Judas 1,2
GROET. Van: Judas, een dienaar van Jezus Christus en een broer van Jakobus.

Aan: Alle mensen die door God, de Vader, geroepen zijn. Hij houdt van u en Zijn Zoon Jezus Christus bewaart u.

Ik wens u meer en meer Gods genade, vrede en liefde toe.

Judas 3,4
STRIJD VOOR HET GELOOF. Vrienden, ik voelde mij gedrongen u te schrijven over de bevrijding die wij allemaal hebben ervaren, maar nu zie ik dat ik eerst over iets anders moet beginnen. Ik roep u op te strijden voor het geloof, dat God aan Zijn volk gegeven heeft. Ik zeg dit omdat er onbetrouwbare mensen zijn binnengedrongen, die beweren dat wij er maar op los kunnen leven. Volgens hen is Gods genade zo groot dat Hij alles door de vingers ziet. Het staat allang vast dat mensen die dit zeggen en toepassen, daarvoor veroordeeld zullen worden. Zij weigeren Jezus Christus als Leider en Heer van hun leven te erkennen.

Judas 5-7
OORDEEL OVER GODDELOZEN. U weet het allemaal al, maar ik wil u er toch nog eens aan herinneren dat God Zijn hele volk uit het land Egypte heeft bevrijd; maar de mensen die Hem niet vertrouwden, heeft Hij gedood. Hij heeft engelen, die eerst met Hem over het heelal regeerden maar Hem ontrouw werden, gevangen gezet in de eeuwige duisternis; daar houdt Hij hen vast tot de dag van het grote oordeel. En denk eens aan Sodom en Gomorra en de steden daar in de buurt. Hun inwoners werden ook ontrouw en gingen zich aan allerlei onnatuurlijke praktijken te buiten. De steden en hun inwoners werden door het vuur vernietigd. Door de straf die zij kregen, zijn zij een blijvende waarschuwing voor ons.

Judas 8-13
VALSE LERAREN. Maar de mensen over wie ik net sprak, trekken zich daar niets van aan. Zij laten hun fantasie de vrije loop en doen schandalige dingen met hun lichaam. Zij aanvaarden geen enkel gezag en spotten met de hemelse machten. Wat een verschil met Michaël, één van de voornaamste engelen! Toen die met de duivel streed om het lichaam van Mozes, durfde hij de duivel niet te veroordelen of te beledigen. Hij zei alleen: "De Here zal je straffen." Maar deze mannen spotten met alles wat zij niet kennen. Zij doen precies waar ze zin in hebben, net als dieren, en gaan daaraan dan ook ten gronde.
Het ziet er heel slecht voor hen uit. Zij volgen het voorbeeld van Kaïn, die zijn broer vermoordde. Zij zijn net als Bileam, die voor geld alles wilde doen. Zij gaan Korach achterna, die tegen God in opstand kwam en dat met de dood moest bekopen.
Deze mensen bederven de feestelijke maaltijden die u met elkaar houdt. Het is hun alleen om eten en drinken begonnen. Zij schamen zich nergens voor en denken alleen maar aan zichzelf. Zij zijn als wolken die over dorstig land drijven, zonder regen te geven; Zij lijken op vruchtbomen die zelfs in de oogsttijd geen vruchten geven en daarom omgehakt worden; al het leven is er uit. Zij zijn net als woeste golven op zee, die schuimkoppen krijgen; zij laten zich zó door hun schandalige begeerten opzwepen, dat er allerlei vuiligheid naar boven komt. Dwaalsterren zijn het, die hun einde zullen vinden in de eeuwige duisternis.

Judas 14-16
PROFETIE OVER OORDEEL. Wat Henoch zei, die van de zevende generatie na Adam was, is ook op hen van toepassing: "Daar komt de Here met de tienduizenden die bij Hem horen, om over alle mensen recht te spreken. Hij zal alle onbetrouwbare mensen straffen voor hun verzet tegen God en voor de grote mond die zij tegen Hem hebben opgezet." Zij doen niets dan mopperen en zeuren; zij willen alleen hun eigen zin doen. Praatjesmakers zijn het. En als zij eens aardig zijn, doen zij het om er beter van te worden.

Judas 17-21
AANSPORING OM TROUW TE BLIJVEN. Vergeet niet, vrienden, wat de apostelen van onze Here Jezus Christus vroeger hebben gezegd: "Tegen het einde van de tijd zullen er spotters komen, die zich aan hun onreine verlangens overgeven." Die mannen maken onderscheid tussen de ene christen en de andere. Zij doen dat omdat zij louter menselijk zijn en de Geest van God niet hebben.
Maar, vrienden, u moet uw allerheiligst geloof sterker laten worden en u bij uw bidden laten leiden door de Heilige Geest. Blijf bereikbaar voor de liefde van God. Wacht geduldig op het eeuwige leven, dat onze Here Jezus Christus ons in Zijn goedheid zal geven.

Judas 22,23
VERPLICHTING TEN OPZICHTE VAN TWIJFELAARS. Leef mee met de mensen die twijfelen. Houd hen vast en red hen uit het vuur. Maar bij sommige mensen moet u voorzichtig zijn met uw medeleven; u zou mogelijk door hun zonden kunnen worden beïnvloed. Haat elk spoor van hun zonde.

Judas 24,25
ZEGENING. God kan ervoor zorgen dat u niet struikelt. Hij kan u zover brengen dat u zonder gebreken en vol blijdschap voor Zijn schitterende troon komt te staan. Hij is de enige God; Hij redt ons door onze Here Jezus Christus. Voor Hem is alle heerlijkheid en majesteit, alle kracht en macht, sinds het begin, nu en voor eeuwig. Amen.

Download (Het Boek)
Download (Statenvertaling)

De chronologische Bijbel -- december



Met dank aan Biblica en Harvest House Publishers. Nadruk en reproductie verboden.
Voor meer details, lees alsjeblieft onze copyrightvoorwaarden



WAT DENK JIJ? - Wij hebben allemaal gezondigd en verdienen allemaal Gods oordeel. God, de Vader, stuurde Zijn eniggeboren Zoon om dat oordeel op Zich te nemen voor iedereen die in Hem gelooft. Jezus, de Schepper en eeuwige Zoon van God, die Zelf een zondeloos leven leidde, hield zo veel van ons dat Hij voor onze zonden stierf om zo de straf op Zich te nemen die wij verdienen. Volgens de Bijbel werd Hij begraven en stond Hij op uit de dood. Als jij dit werkelijk gelooft, er in je hart op vertrouwt en alleen Jezus als je Redder aanvaardt door te zeggen: "Jezus is Heer", dan zul je van het oordeel gered worden en de eeuwigheid met God in de hemel doorbrengen.

Wat is jouw antwoord?

Ja, vandaag heb ik besloten om Jezus te volgen

Ja, ik ben al een volgeling van Jezus

Ik heb nog steeds vragen